Pierre Gaviniès (1728–1800) is een van de belangrijkste figuren in de geschiedenis van de viool: als speler, als artistiek directeur van het ensemble Le Concert Spirituel, als leraar, en als componist. Terwijl hij alom bewonderd werd tijdens zijn leven, is hij nu nog maar weinig bekend, hoewel zijn vioolstudies, de zogeheten 24 Matinées, nog wel worden gespeeld.
Gaviniès is niet zomaar de zoveelste herontdekking; hij is een sleutelfiguur in de evolutie van het maken, bespelen van, en componeren voor de viool in de achttiende eeuw. Tussen zijn eerste verschijning als wonderkind in Le Concert Spirituel tot de reeds genoemde Matinées in de jaren 1790 veranderde het maken van violen en het bespelen ervan compleet.
De Franse Revolutie bracht een nieuw artistiek élan met zich mee en het Conservatoire de Paris werd opgericht. In dat tijdsgewricht werd te Parijs de “moderne viool”, zoals deze nu wordt genoemd, geboren. Oude Italiaanse instrumenten reconstrueren, nieuwe strijkstokken (bv. van François-Xavier Tourte) en nieuwe speeltechnieken; Parijs kreeg een leidende positie in Europa op het vlak van vernieuwing van de viool. Gaviniès was een van de drijvende krachten van deze veranderingen. Hoe, waarom en wanneer dit alles exact gebeurde, vormt het vertrekpunt van dit doctoraatsproject door Christophe Robert.