Interdisciplinary Body is een artistiek onderzoek in en door middel van film. Het situeert zich rond de concepten van lichaam en interdisciplinariteit in het veld van de audiovisuele kunsten, met de focus op de twee categorieën in cinema - fictie en non-fictie - enerzijds, en het onderwerp van cinema - het lichaam, of de geportretteerde mens anderzijds. Beide concepten vloeien samen naar de kijker, die het geheel waarneemt en daardoor connectie kan maken of reflecteren over datgene wat hij of zij ziet. De relatie tussen de drie elementen - het geportretteerde lichaam, het waarnemende lichaam en de filmdiscipline - vormen de focus van het onderzoek. Op welke manier vervormt de perceptie van de kijker door het fictionele of non-fictionele karakter van een film? Hoe beïnvloedt de discipline waarin een film gemaakt is de zintuiglijke respons in de kijker? Is het mogelijk om die zintuiglijke ervaring te versterken of te manipuleren? In hoeverre is identificatie of empathie daarbij noodzakelijk?
In psychoanalytische filmtheorieën, die vaak uitgaan van de studies van Jacques Lacan, is het bioscoopscherm een soort van spiegel die de kijker in staat stelt zichzelf te identificeren met de protagonisten. Die identificatie met de personages wordt vaak gezien als een secundaire identificatie, achter de primaire, onbewuste identificatie met de camera. Daarnaast heeft recent wetenschappelijk onderzoek ontdekt dat kijkers alvorens zelfs te reflecteren éérst ‘voelen’ wat ze zien. Dat is mogelijk dankzij spiegelneuronen die in de hersenen worden geactiveerd terwijl we een actie op het scherm zien en die zich dan manifesteren in het lichaam van de kijker: de neuronen zenden signalen doorheen het zenuwstelsel naar de spieren en maken zo het verschil tussen ‘zien’ en ‘doen’ diffuus.
De beide aangehaalde cognitieve en neurologische noties in overweging nemende, wil ik een audiovisuele omgeving tot stand brengen waarin ik de imperatieve relaties tussen het lichaam op het scherm en dat van de kijker kan onderzoeken. De methodologie van dit onderzoek bestaat uit twee kernprojecten - een documentaire en fictiefilm - maar ook uit tal van langlopende audiovisuele experimenten en een discursief onderdeel.